Crisisregeling Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ)

Per regio is een GGZ-crisisdienst aangewezen. Zij beoordelen de crisis en welke crisiszorg de cliënt nodig heeft.

Indiceren van de crisis

De regiebehandelaar (of de huisarts/huisartsenpraktijk) legt de crisis voor bij de GGZ-crisisdienst van de zorginstelling die daarvoor in de betreffende regio is aangewezen (zie overzicht met uitvoerders GGZ-crisiszorg). Deze doorloopt een triage waaruit de urgentie volgt. Aan de hand daarvan wordt bepaald waar de cliënt verder wordt beoordeeld.

Uitvoerders GGZ-crisiszorg (te benaderen bij een crisissituatie)

Bekijk het overzicht met Uitvoerders GGZ-crisiszorg.

Vervolg van de zorg

Bij ambulante crisiszorg of opname (is dit met weerstand, dan is de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) van toepassing). Bij opname op een crisisbed moet de crisisbehandelaar contact leggen met de Wlz-zorginstelling. De Wlz-instelling waar de cliënt oorspronkelijk was opgenomen, moet zo veel mogelijk open blijven zodat de cliënt eventueel teruggeplaatst kan worden. De Wlz kent een termijn van 91 dagen. Lukt het niet de cliënt terug te plaatsen bij de zorginstelling waar hij vandaan kwam, dan moet de dossierhouder (de zorginstelling waar de cliënt woonde) zoeken naar een geschikte plaats.

Financiering

  • de crisisdienst GGZ van de zorginstelling die de acute zorg levert: zorgverzekeringswet.
  • crisisopname of -behandeling: eerste 72 uur de zorgverzekeraar van het zorgkantoor dat de regio in concessie heeft.
  • na 72 uur: de zorgverzekeraar van de cliënt.
  • bij terugplaatsing naar oorspronkelijke zorginstelling: Wet langdurige zorg
  • bij plaatsing andere zorginstelling: Wet langdurige zorg

Lees meer over de inrichting en uitvoering van de crisisregeling GGZ in het Voorschrift zorgtoewijzing.